Het belastingstelsel verandert regelmatig, en dat kan gevolgen hebben voor je financiële situatie. In dit artikel zetten we tien praktische tips op een rij waarmee je in 2025 en 2026 mogelijk minder belasting hoeft te betalen.

In betaal je tot een vermogensgrens van € 57.684 (of € 115.368 als fiscale partners) helemaal geen belasting.
In 2026 kun je belastingvrij sparen en/of beleggen tot een grens van € 59.357 (of € 118.714 als fiscale partners).
Om minder belasting te betalen, kun je verschillende strategieën toepassen. Overweeg bijvoorbeeld om grote aankopen naar voren te halen of geld te schenken.
Daarnaast kun je bepaalde schulden aflossen, extra geld in je pensioen stoppen en aftrekposten maximaliseren.
Eén van de meest voor de hand liggende manieren om minder belasting te betalen, is door je vermogen onder de heffingsvrije grens te houden. Voor 2025 is deze grens vastgesteld op € 57.684 per persoon en voor 2026 op € 59.357. Als je vermogen op de peildatum (1 januari van het jaar waarover je aangifte doet) onder dit bedrag bleef, betaal je geen vermogensbelasting in box 3. Voor fiscale partners geldt een gezamenlijke vrijstelling van € 115.368 in 2025 en € 118.714 in 2026. Tot die grens kun je belastingvrij sparen en beleggen.
Om hiervan optimaal gebruik te maken, kun je verschillende strategieën toepassen. Overweeg bijvoorbeeld om grote aankopen naar voren te halen, schulden af te lossen, of te schenken aan familieleden. Daarover later meer in dit artikel.
Rond de peildatum je vermogen "slim" verschuiven zodat je bijvoorbeeld minder beleggingen en meer spaargeld aanhoudt om een hogere belastingdruk te vermijden, heeft weinig zin. Dit wordt door de Belastingdienst gezien als belastingontwijking (peildatumarbitrage).
Let bij deze tip ook op dat je rekening houdt met je persoonlijke financiële situatie en toekomstplannen. Want ook al kan deze ‘simpele’ tip om niet boven de heffingsvrije grens uit te komen, leiden tot een aantrekkelijke belastingbesparing, sommige mensen wensen een hoger bedrag aan spaargeld aanhouden, bijvoorbeeld vanwege een grote aankoop of grote verbouwing.
Als je een fiscale partner hebt, kun je samen aanzienlijk besparen op vermogensbelasting door slim gebruik te maken van elkaars heffingsvrije vermogens.
In 2025 heeft ieder individu een heffingsvrij vermogen van € 57.684, wat betekent dat fiscale partners samen een vrijstelling hebben van € 115.368. Door je spaargeld en beleggingen slim te verdelen, kun je optimaal gebruik maken van deze vrijstelling en belasting besparen in box 3.
Stel, een stel heeft samen een vermogen van € 200.000. Zonder verdeling staat het volledige bedrag op naam van één partner. Deze persoon heeft een heffingsvrij vermogen van € 57.684, waardoor € 200.000 - € 57.684 = € 142.316 belastbaar is in box 3.
Als het stel het vermogen gelijk verdeelt (ieder € 100.000), profiteert elke partner van de individuele vrijstelling van € 57.684. Het belastbare vermogen per persoon wordt dan € 100.000 - € 57.684 = € 42.316. Het totale belastbaar vermogen in box 3 is nu ‘maar’ € 84.632, ruim 20% lager dan wanneer het totale vermogen op naam van één persoon zou staan.
Let ook op de verdeling van schulden (daarover later meer): partners hebben een gezamenlijke schuldendrempel van € 7600 in 2025. Door slim te schuiven met bezittingen en schulden, kun je de belastingdrukflinkverlagen. Bespreek samen jullie financiële situatie en stem de verdeling af op ieders individuele omstandigheden voor maximaal fiscaal voordeel.
Een slimme manier om belasting te besparen is door gebruik te maken van de jaarlijkse en eenmalige schenkvrijstellingen. In 2025 kun je tot een bedrag van € 6713 belastingvrij schenken aan kinderen, oplopend tot een eenmalige schenking van € 32.195 voor een vrij bestedingsdoel en € 67.062 voor een dure studie. Voor kleinkinderen geldt een jaarlijkse vrijstelling van € 2690 in 2025.
Deze schenkingen verlagen niet alleen direct je eigen vermogen (en dus box 3-belasting), maar verminderen ook toekomstige erfbelasting. Door nu belastingvrij te schenken, voorkom je dat dit deel van je vermogen later onder de erfbelasting valt.
Let op: schenkingen moeten minimaal 180 dagen voor overlijden zijn gedaan om geen erfbelasting te betalen.
Groene beleggingen en groene spaarproducten bieden een extra fiscaal voordeel. Tot 2024 was dit voordeel nog hoog, in 2025 is het voordeel aanzienlijk verlaagd.
In box 3 profiteer je van een extra vrijstelling tot € 26.312 per persoon, of € 52.624 voor fiscale partners. Dit betekent dat dit deel van je vermogen niet meetelt voor de vermogensrendementsheffing. Daarbovenop krijg je een extra heffingskorting van 0,1% over je groene vermogen in box 1. Deze regeling stimuleert niet alleen duurzame investeringen, maar levert ook een extra fiscaal voordeel op.
In 2026 gaat de vrijstelling nog met een paar honderd euro omhoog, maar in 2028 wordt de vrijstelling op groen beleggen en -sparen volledig afgeschaft.
In 2025 geldt een schuldendrempel in box 3 van € 3800 voor alleenstaanden en € 7600 voor fiscale partners. Alleen bepaalde schulden boven deze drempel worden in mindering gebracht op je vermogen in box 3. Dit betekent dat kleine schulden onder deze grens je belastingdruk niet verlagen en het vaak voordelig is om deze vóór 1 januari af te lossen.
Daarnaast kan het aflossen van een (deel van je) schuld extra voordeel opleveren. Door bijvoorbeeld je openstaande studieschuld te verlagen, daalt je belastbare vermogen in box 3, terwijl je tegelijkertijd bespaart op rentekosten. Zo kun je met strategisch aflossen dubbele financiële voordelen behalen.
Door versneld af te lossen op je hypotheek, worden je maandlasten direct lager en betaal je onder de streep minder hypotheekrente. Door bovendien een deel van je vermogen te gebruiken voor een extra aflossing op je hypotheek, betaal je mogelijk minder vermogensbelasting.
Aftrekposten zijn een ideale manier om je belastingdruk in 2025 te verlagen. Zo kun je bepaalde niet-vergoede zorgkosten, zoals kosten voor medische behandelingen, hulpmiddelen, dieetvoeding of tandheelkundige ingrepen aftrekken als een bepaald drempelbedrag uitkomen. De exacte drempel is afhankelijk van je inkomen, dus hoe lager je inkomen, hoe sneller je zorgkosten aftrekbaar zijn.
Daarnaast kun je profiteren van giftenaftrek. Periodieke giften aan erkende goede doelen zijn volledig aftrekbaar zonder drempel, mits deze vastgelegd zijn in een schenkingsovereenkomst. Dit maakt het fiscaal aantrekkelijk om structureel bij te dragen aan goede doelen. Door slim gebruik te maken van deze aftrekposten kun je aanzienlijk besparen op je inkomstenbelasting.
Geld opzij zetten voor je pensioen, biedt ook aantrekkelijke fiscale voordelen. De premies die je stort in een officieel pensioenproduct zijn aftrekbaar van je belastbaar inkomen, tegen een tarief dat kan oplopen tot 49,5%, afhankelijk van je inkomen. Dit betekent dat je direct minder inkomstenbelasting betaalt.
Bovendien kun je gebruikmaken van de reserveringsruimte, waarmee je onbenutte jaarruimtes uit voorgaande jaren kunt inhalen. Dit is vooral interessant als je in eerdere jaren niet maximaal hebt gespaard voor je pensioen. Naast belastingbesparing bouw je tegelijkertijd extra pensioen op, wat deze tip een slimme keuze maakt voor zowel nu als later.
Het is nog mogelijk om belastingteruggave te claimen over eerdere jaren. Dit kan vooral interessant zijn als je in die jaren recht had op aftrekposten of toeslagen waar je geen gebruik van hebt gemaakt.
Daarnaast kun je profiteren van de middelingsregeling als je inkomen in de afgelopen jaren sterk heeft geschommeld, bijvoorbeeld omdat je bent gestart met ondernemen. Bij middeling wordt je inkomen over drie aaneengesloten jaren herberekend alsof het gelijkmatig verdeeld was, waardoor je mogelijk een deel van de te veel betaalde belasting kunt terugkrijgen.
Stel dat je in één jaar een hoge bonus ontving en in andere jaren een lager inkomen had, dan kan middeling honderden tot duizenden euro’s belastingvoordeel opleveren. Door oude aangiftes te herzien of middeling aan te vragen, kun je onbenutte kansen benutten en flink besparen.
Om in aanmerking te blijven komen voor toeslagen, zoals huurtoeslag of zorgtoeslag, is het belangrijk om je vermogen onder de vastgestelde drempels te houden. In 2025 ligt de vermogensgrens voor huurtoeslag op € 37.395 voor alleenstaanden en € 74.790 voor stellen. Voor zorgtoeslag ligt deze grens aanzienlijk hoger: je krijgt in 2025 zorgtoeslag als je vermogen op 1 januari 2025 niet hoger was dan € 141.896. Heb je een toeslagpartner? Dan geldt een grensbedrag van € 179.429.
Als je vermogen boven deze drempel uitkomt, verlies je mogelijk je recht op toeslagen, wat een flinke financiële impact kan hebben.
Door strategisch vermogen te verminderen vóór 1 januari, kun je dit voorkomen. Denk bijvoorbeeld aan het doen van belastingvrije schenkingen, het aflossen van schulden of het vooruitbetalen van grote uitgaven. Deze acties verlagen niet alleen je vermogen in box 3, maar zorgen er ook voor dat je toeslagrechten behouden blijven.
Na het openen van je account kun je onbeperkt spaarrekeningen en spaardeposito's openen tegen hoge rentes uit de hele EU.
Belastingvrij schenken houdt in dat je een bedrag kunt schenken zonder dat de ontvanger hierover schenkbelasting hoeft te betalen, zolang het binnen de vrijgestelde bedragen blijft.
Voor kinderen geldt een jaarlijkse vrijstelling van € 6713. Daarnaast kun je je kind(eren) als ouder(s) eenmalig belastingvrij een groter bedrag schenken, zoals € 32.195 voor bijvoorbeeld een huis.
Voor kleinkinderen en anderen is de jaarlijkse vrijstelling lager, namelijk € 2690. Als het geschonken bedrag boven deze vrijstellingen uitkomt, moet de ontvanger schenkbelasting betalen over het overschot.
De belastingaangifte over 2024 moet uiterlijk op 30 april 2025 worden ingediend. Vanaf 1 maart 2025 kon je de aangifte invullen. Indien je de deadline van 30 april niet haalde, kon je vóór deze datum uitstel aanvragen, waarmee de termijn werd verlengd tot 1 september 2025. Let op: bij uitstel kan rente worden berekend als je belasting moet bijbetalen.
Krijg je belasting terug? Als je op tijd aangifte doet en recht hebt op een teruggave, streeft de Belastingdienst ernaar deze binnen drie maanden na ontvangst van de aangifte uit te betalen, meestal binnen een week na de definitieve aanslag.
© 2025 Raisin SE, Berlin