.png&w=3840&q=75)
Het Bruto Binnenlands Product () is een belangrijke maatstaf voor de Nederlandse economie. wordt uitgedrukt aan de hand van het BBP.
In verwacht de Economische Commissie dat het bbp in Nederland met 1,7% stijgt. Voor wordt een economische groei van 1,3% verwacht.
Voor verwacht De Nederlandse Bank (DNB) een inflatie van 3,0%. Voor valt de inflatie naar verwachting lager uit (2,6%).
De economische situatie van een land wordt beoordeeld op basis van verschillende economische factoren. Gezamenlijk geven deze factoren een goed beeld van de nationale economie. Factoren waar bijvoorbeeld naar wordt gekeken zijn:
Het bruto binnenlands product (bbp) is één van de belangrijkste maatstaven voor de economische prestaties van een land. Het bbp is een weerspiegeling van de totale productie van goederen en diensten in een land en hiermee wordt de groei of krimp van een nationale economie uitgedrukt. Nederland staat vaak bekend om een relatief hoge bbp per hoofd van de bevolking, wat wijst op een hoge levensstandaard.
Uit recente cijfers van de Europese Commissie blijkt dat het bbp van Nederland naar verwachting uitkomt op 1,7% in 2025. Voor 2026 wordt een bbp-groei van 1,3% verwacht en voor 2027 opnieuw 1,7%.
Onderstaande tabel laat de economische groei zien van de afgelopen jaren inclusief de verwachtingen voor de volgende jaren:
2014 | 1,4% |
2015 | 2,0% |
2016 | 2,2% |
2017 | 2,9% |
2018 | 2,4% |
2019 | 2,0% |
2020 | -4,9% |
2021 | 6,2% |
2022 | 4,3% |
2023 | 0,1% |
2024 | 1,0% |
2025 | 1,7% (verwacht) |
2026 | 1,3% (verwacht) |
2027 | 1,7% (verwacht) |
Bron: CBS/CPB
De werkloosheid in Nederland is historisch gezien relatief laag in vergelijking met andere Europese landen. In september 2025 kwam het werkloosheidspercentage in Nederland uit op 4,0%; het hoogste percentage in vier jaar tijd.
Vooral in sectoren zoals technologie, de zorg en techniek is er een tekort aan arbeidskrachten. De lage werkloosheid is in principe een positief teken, maar het tekort aan arbeidskrachten kan op de lange termijn uitdagingen opleveren voor economische groei.
In 2022 en 2023 beleefde Nederland, net als veel andere Europese landen, een periode van hoge inflatie, voornamelijk veroorzaakt door stijgende energie- en voedselprijzen als gevolg van de pandemie en de oorlog in Oekraïne.
De CPI, een Europese statistiek die de prijsontwikkeling van een selectie consumptiegoederen en diensten volgt, is in Nederland een belangrijke maatstaf om de inflatie te meten. De hoge inflatie in Nederland in 2022 en 2023 heeft geleid tot een verslechtering van de koopkracht, omdat de stijging van de prijzen sneller ging dan de stijging van de lonen.
In 2025 daalt de inflatie in Nederland naar verwachting naar 3,0%, iets lager dan in 2024 (3,2%).
Toch blijven veel huishoudens voorzichtig met hun bestedingen, wat ook zichtbaar is in het consumentenvertrouwen. Het consumentenvertrouwen is al jaren op rij negatief, hoewel het is hersteld ten opzichte van de diepe dalingen tijdens de pandemie en de energiecrisis. Dit heeft te maken met zorgen over inflatie, koopkracht en de mondiale economische situatie.
Het bedrijfsvertrouwen blijft relatief stabiel, vooral in sectoren zoals technologie, energie en logistiek, die profiteren van internationale handel en digitalisering.
Nederland is een open economie met een sterke focus op export. Nederland heeft een positieve handelsbalans, wat betekent dat het land meer exporteert dan importeert.
Vooral de export van technologie, landbouwproducten en industriële machines draagt bij aan het handelsoverschot. Dit is een teken van economische kracht en stabiliteit, omdat het laat zien dat Nederland concurrerend is op de wereldmarkt. De haven van Rotterdam, één van de grootste havens ter wereld, speelt hierin een cruciale rol.
Nu Trump ook voor Nederland en andere Europese landen hogere importheffingen wil opleggen, kan dit de export van Nederlandse producten naar de VS negatief beïnvloeden.
De overheidsfinanciën van Nederland worden als gezond beschouwd, hoewel de overheidsschuld als percentage van het BBP is gestegen door extra uitgaven tijdens de coronacrisis.
Voor 2025 is de Nederlandse overheidsschuld geraamd op 46,6% van het bbp. Hiermee ligt de Nederlandse overheidsschuld ruim onder de Europese grenswaarde van 60% bbp. De Nederlandse overheid houdt traditioneel vast aan een beleid van begrotingsdiscipline, wat vertrouwen geeft aan investeerders en ratingbureaus.
Ook de ontwikkeling van rentes, zoals bijvoorbeeld de hypotheekrente of spaarrente, zegt iets over de economische situatie waarin een land zich verkeert. De spaarrente wordt bijvoorbeeld beïnvloed door het rentebeleid van de Europese Centrale Bank. Na talloze verhogingen, verlaagde de ECB de depositorente in de afgelopen maanden al meerdere keren op rij nu de inflatie in heel Europa flink is afgezwakt.
En dat heeft invloed op de spaarrentes, die naar verwachting zullen dalen. Lagere rentetarieven leiden ook tot lagere leenkosten voor bedrijven en huishoudens, wat investeringen en consumptie stimuleert. En dat geeft weer een boost aan de Nederlandse en belangrijke factor in de gematigde economische groei die in 2025 wordt verwacht.
De Nederlandse economie bevindt zich momenteel in de neerwaartse fase van de conjunctuurgolf. De periode van snelle groei in 2021 en 2022, na de coronapandemie, heeft plaatsgemaakt voor een afzwakking van de groei, wat vaak wordt omschreven als een ‘afkoelende economie’.
Conjunctuurindicatoren zoals consumentenvertrouwen, bedrijfsinvesteringen en de werkloosheidsgraad geven aan dat de groei stagneert.
De Nederlandse economie is nauw verweven met die van Europa, met name van de eurozone. Ongeveer 70% van de Nederlandse export gaat naar Europese landen en Nederland was in 2023 na Duitsland en Frankrijk de grootste exporteur van de EU (bron: CBS).
In het derde kwartaal van 2025 schommelde de inflatie in Europa rond het gewenste doel van 2%. Toch ziet de Europese economie er gemengd uit. Landen als Italië en Frankrijk hebben te maken met zeer lage inflatiecijfers, maar er zijn nog flinke uitschieters van 4% of hoger landen zoals Slowakije en Estland.
De gemeenschappelijke Europese uitdagingen, zoals de energietransitie, de schaarste op de arbeidsmarkt en de inflatieproblematiek, hebben allemaal invloed op de Nederlandse economie.
Voor 2025 is de verwachting dat de Nederlandse economie langzaam zal herstellen naar een groei van ongeveer 1,7%, waarbij de inflatie daalt naar 3,0%. In 2024 was de inflatie nog 3,2%. Voor 2025 wordt een geringe koopkrachtstijging verwacht, die overwegend varieert tussen de € 1 en € 65 per maand (bron: Nibud).
Kijkend naar de langere termijn, de periode van 2026 tot 2030, is de ontwikkeling van groei en inflatie in Nederland afhankelijk van de duur van de wereldwijde onzekerheid en het Amerikaanse handelsbeleid.
Volgens experts zullen investeringen in digitalisering, infrastructuur en de energietransitie een cruciale rol spelen in het stimuleren van economische groei. Nederland heeft ambitieuze doelen gesteld op het gebied van duurzaamheid, zoals het verminderen van CO2-uitstoot en het versterken van de circulaire economie. Het behalen van deze doelen vereist forse publieke en private investeringen.
Volgens de meest recente cijfers van de Europese Commissie (november 2025) zal de economische groei in Nederland in 2026 1,3% bedragen en in 2027 1,7%. De inflatie zal naar verwachting geleidelijk dalen, maar blijft hoger dan de rest van het eurogebied.