Nu de spaarrentes hoger liggen dan een aantal jaar geleden, vraag je je misschien wel af: wat is nu slimmer? Sparen of beleggen? Ontdek de voor- en nadelen en kom erachter wat in jouw situatie het slimst is om te doen.
Home › Sparen › Sparen of beleggen
Door: Nicole van Roekel - 4 augustus 2025
is aanzienlijk dan beleggen. Spaargeld is in de EU bovendien tot € 100.000 per bank en per persoon beschermd. De spaarrente is lager dan het potentiële rendement op sommige beleggingen, maar zekerder.
biedt meer kans op een , maar is . De waarde van beleggingen kan flink schommelen, waardoor je vermogen kan groeien maar ook dalen. Beleggen is vooral geschikt als je al een financiële buffer hebt en risico durft te nemen.
De
is in Nederland op dan op . Over spaargeld betaal je in 2025 belasting over een fictief rendement van 1,44% (boven de vrijstelling), bij beleggingen is dat 5,88%. Beleggen kan dus fiscaal duurder uitpakken dan sparen, zeker bij hoge vermogens.Om sparen en beleggen met elkaar te vergelijken, is het goed om eerst de voor- en nadelen naast elkaar te leggen. Ruwweg vallen deze uiteen in vier categorieën: rendement, veiligheid, planbaarheid en belastingen.
Rendement | Onzeker, mogelijk hoger dan bij sparen, maar negatief rendement verliezen ook zeker mogelijk. | Rente op vrij opneembare rekeningen kan fluctueren, rente op spaardeposito's staat vast gedurende de looptijd. |
Belastingen | In 2025 betaal je boven de heffingsvrije grens van € 57.684 per fiscaal persoon 36% vermogensbelasting over een fictief rendement van 5,88%. Belasting op beleggingen is hoger dan op spaargeld. | In 2025 betaal je boven de heffingsvrije grens van € 57.684 per fiscaal persoon 36% vermogensbelasting over een fictief rendement van 1,44%. Belasting op spaargeld is dus lager dan op beleggingen. |
Planbaarheid | Op de korte(re) termijn is plannen met beleggingen nauwelijks mogelijk. Grote verliezen zijn mogelijk. | Je kunt vrij opneembaar spaargeld altijd opnemen, de rente varieert. Spaardeposito's bieden zekerheid: de rente staat vast, maar je kunt het geld niet vrij opnemen. |
Veiligheid/risico | Waarde kan flink fluctueren. Hoge rendementen, maar ook hoge verliezen zijn mogelijk. | Binnen de EU is sparen in beginsel veilig, buiten de EU verschillende (hoge) risico's. |
De spaarrente is variabel op vrij opneembare spaarrekeningen, wat betekent dat deze op elk moment aangepast kan worden. Banken zijn verplicht je vooraf te informeren over een renteverlaging, meestal enkele dagen tot uiterlijk 30 dagen van tevoren. Variabele rentes worden, afhankelijk van de bank, elke week, elke maand, elk kwartaal of elk jaar uitgekeerd. Op een vrij opneembare spaarrekening kun je je spaargeld op elk gewenst moment afhalen en dus biedt zo'n spaarrekening veel vrijheid.
Op een spaardeposito staat je geld vast gedurende een bepaalde looptijd. Je hebt bij veel banken de keuze uit allerlei looptijden, variërend van een maand tot een jaar of zelfs drie, vijf of tien jaar. De rente staat ook vast gedurende de hele looptijd, wat zeker interessant kan zijn in een tijd waarin verwacht wordt dat de rentes de komende maanden of jaren dalen.
Bij een spaardeposito weet je vooraf precies welk rendement je mag verwachten aan het einde van de looptijd. De spaarrente is bovendien vaak hoger dan op een variabele spaarrekening, maar je kunt je geld dus niet zomaar van een deposito afhalen.
Na het openen van je account kun je onbeperkt spaarrekeningen en spaardeposito's openen en profiteren van hoge spaarrentes.
Je betaalt pas belasting over spaargeld als je vermogen in box 3 (spaargeld en beleggingen) boven het heffingsvrije vermogen uitkomt (in 2025: € 57.684 per persoon, € 115.368 voor fiscale partners).
Het fictieve rendement waarover je belasting betaalt is voor spaargeld 1,44%, tegenover 5,88% voor beleggingen. De belastingdruk op spaargeld is dus aanzienlijk lager dan op beleggingen.
Stel: je bent alleenstaand en hebt op 1 januari 2025 precies € 100.000 spaargeld. Je hebt geen beleggingen of schulden. Je belastbare vermogen is: € 100.000 (spaargeld) - € 57.684 (heffingsvrij) = € 42.316. Over spaargeld geldt in 2025 een fictief rendement van 1,44%. € 42.316 × 1,44% = € 609,35. Over dit fictieve rendement betaal je 36% vermogensbelasting in box 3. € 609,35 × 36% = € 219,37.
Sparen is vrijwel risicoloos als je spaart bij een bank in Europa. Alle partnerbanken van Raisin vallen onder het nationale depositogarantiestelsel van het land waarin de bank gevestigd is. Dat betekent dat je spaargeld tot € 100.000 per bank per rekeninghouder veilig is (net als in Nederland).
Je loopt dus geen risico om je spaargeld (tot € 100.000 per bank per rekeninghouder) kwijt te raken in geval van faillissement van een bank.
Met deposito sparen weet je exact hoeveel geld je opbouwt. Dit maakt sparen ideaal als je spaardoelen hebt op de korte of middellange termijn, zoals een buffer voor onverwachte uitgaven, een nieuwe auto of de studie van je kinderen. Sparen op een vrij opneembare spaarrekening biedt bovendien ook veel flexibiliteit en vrijheid om dat je je geld op elk gewenst moment van de rekening af kunt halen.
Kies voor sparen als je:
Daardoor heb je de vrijheid om je eigen beleggingsstrategie te bepalen, afgestemd op je doelen en je persoonlijke situatie. Met beleggen geef je je geld de kans om harder voor je te laten werken, vooral als je voor een langere periode kunt investeren.
Let op: de waarde van beleggingen kan schommelen. Zorg dus dat je alleen belegt met geld dat je niet direct nodig hebt.
Beleggen kán op lange termijn meer opleveren dan sparen, maar garanties heb je nooit. Zo behaalde de S&P 500 in 2021 nog ruim 28%, maar een verlies van -18% in 2022. Het verwachte rendement op beleggingen is in 2025 door de Belastingdienst vastgesteld op 5,88% (forfaitair rendement).
Dit percentage wordt gebruikt om de belasting te berekenen, maar je daadwerkelijke rendement kan hoger of lager uitvallen.
Onderstaande tabel laat het rendement van de MSCI World Index zien, een index bestaande uit zo'n 1300 aandelen wereldwijd:
2025 | -2% | +10% | |||
2024 | +11% | +3% | +3% | +1% | +19% |
2023 | +7% | +8% | - 1% | +12% | +24% |
2022 | -5% | -11% | -7% | +1 | -18% |
2021 | +7% | +6% | +0% | +7% | +22% |
2020 | -25% | +24% | +8% | +13% | +16% |
2019 | +14% | +2% | -1% | +9% | +28% |
2018 | -3% | +2% | +6% | -14% | -8% |
Over je beleggingen betaal je in 2025 vermogensbelasting in box 3. Het heffingsvrije vermogen is € 57.684 per persoon (€ 115.368 met fiscale partner). Over het meerdere betaal je 36% belasting over het fictieve rendement van 5,88% voor beleggingen.
Stel: je bent alleenstaand en hebt op 1 januari 2025 precies € 100.000 aan beleggingen. Je hebt geen spaargeld of schulden. Je belastbare vermogen is: € 100.000 (beleggingen) - € 57.684 (heffingsvrij) = € 42.316. Over beleggingen geldt in 2025 een fictief rendement van 5,88%. € 42.316 × 5,88% = € 2488,18. Over dit fictieve rendement betaal je 36% vermogensbelasting in box 3, wat neerkomt op ongeveer € 895.
Beleggingen zijn vaak erg volatiel, betekent dat je waarde van je vermogen flink kan schommelen. Koersen kunnen stijgen, maar ook fors dalen. Grote verliezen zijn mogelijk, zeker op de korte termijn.
Het risico van beleggen kán worden beloond met een hoger gemiddeld rendement op de lange termijn, maar zekerheid heb je nooit. Daarom is het algemene advies ook: beleg alleen met geld dat je écht kunt missen.
Beleggen is veel minder planbaar dan spaargeld. Je weet vooraf niet hoeveel je vermogen waard is op het moment dat je het nodig hebt. Ook biedt beleggen minder flexibiliteit. Je kunt je beleggingen vaak wel op elk gewenst moment verkopen, maar het risico is dat je je beleggingen met verlies moet verkopen.
Beleggen is vooral interessant als je:
Als je je geld simpelweg op een lopende rekening laat staan, loop je niet alleen de spaarrente mis, maar verliest je geld ook aan waarde door inflatie. Het is daarom belangrijk om een bewuste keuze te maken: sparen of beleggen (of een combinatie).
Als je ervoor kiest om te sparen, doe dit dan bij banken die hogere spaarrentes bieden. Op dit moment krijg je bij andere Europese banken hogere spaarrentes dan bij de Nederlandse grootbanken.
Als je liever belegt, zorg er dan voor dat je het risico goed beheert. Hoe dan ook, het is cruciaal om een investeringsbeslissing te nemen om te voorkomen dat je geld stilstaat en aan waarde verliest.
Stel dat je 10 jaar geleden een bedrag van € 100.000 had. Wat was dan het verschil in rendement geweest als je deze op een spaarrekening had laten staan (tegen de gemiddelde jaarlijkse spaarrente volgens de cijfers van de DNB) of € 100.000 had belegd in een ETF die de MSCI World Index volgde?
De gemiddelde spaarrente in Nederland was de afgelopen 10 jaar bijzonder laag. De gemiddelde spaarrente in Nederland bedroeg de afgelopen 10 jaar ongeveer 0,45% per jaar, met uitschieters naar beneden tussen 2016 en 2022 en uitschieters naar boven in 2023/2024. Als je dit hele bedrag op een vrij opneembare spaarrekening had gezet, had je naar schatting na 10 jaar ongeveer € 104.613 gehad. Je winst zou dan rond de € 4613 zijn geweest.
Had je diezelfde € 100.000 belegd in een ETF die de MSCI World Index volgt, dan was het gemiddelde jaarlijkse rendement de afgelopen tien jaar 10,11% geweest. Door het rente-op-rente effect (compounding) zou je na 10 jaar zijn uitgekomen op ongeveer € 261.980. Je winst zou dan circa € 161.980 geweest zijn.